Verbod op lichamelijke ingrepen bij dieren

Het is verboden om lichamelijke ingrepen bij dieren te doen. Bijvoorbeeld het verwijderen van oren of een staart. Dat mag alleen een dierenarts doen als het (medisch) noodzakelijk is voor het dier. Lees hier de verboden en de uitzonderingen.

Welke ingrepen bij dieren zijn verboden?

• Het verwijderen (couperen) van staart en oren bij dieren.
• Een deel van de vleugels bij vogels weghalen (leewieken).
• Snavels van kippen en kalkoenen afknippen.
• Een deel van de achterste teen verwijderen bij (vlees)hanen.
• Geen neuskapje bij fazanten opdoen.
• Een injectie of medicijn geven waarvoor geen vergunning is.

Alleen als het voor het dier beter is (medische noodzaak), mag een dierenarts deze ingrepen doen.

Welke ingrepen zijn wel toegestaan?

Soms is het wel toegestaan om een lichamelijke ingreep bij een dier te doen, zoals:

• een ingreep die nodig is om het dier beter te maken
• een ingreep om het dier onvruchtbaar te maken (sterilisatie)
• een oormerk, chip of tatoeage zetten om het dier te identificeren
• het verwijderen van de hoorns
• het inbrengen van een injectienaald

De ingreep mag bij het dier geen onnodige pijn of onnodige verwondingen veroorzaken. Het dier moet na de ingreep goed kunnen functioneren.

Wie mogen deze ingrepen doen?

Mensen die toegestane ingrepen mogen doen zijn:

• dierenartsen
• dierenartsassistenten
• dierenfysiotherapeuten
• embryotransplanteurs
• in sommige gevallen dierenhouders (vee), bijvoorbeeld voor het chippen of oormerken (identificatiemerken) van de dieren