Regels voor etiketten van levensmiddelen
Verkoopt of produceert u voorverpakte levensmiddelen? Dan moet er informatie over het product op het etiket staan.
Wat moet er op een etiket van levensmiddelen staan?
- naam van het product
- naam en adres (of postbus of antwoordnummer) van de fabrikant, handelaar of importeur
- land van oorsprong of plaats van herkomst
- allergenen
- hoeveelheid van een ingrediënt of categorie ingrediënten als percentage: kwantitatieve ingrediëntendeclaratie (KWID)
- nettohoeveelheid
- bijzondere bewaarvoorschriften en/of gebruiksvoorwaarden
- gebruiksaanwijzing (als het levensmiddel anders moeilijk te gebruiken is)
- percentage alcohol voor dranken met meer dan 1,2 procent alcohol
- voedingswaarde
Deze informatie moet in het Nederlands worden vermeld. En goed leesbaar en vindbaar zijn. Het is verboden om informatie te geven waardoor de consument wordt misleid. Alle verplichte etiketinformatie op een levensmiddelenverpakking moet ook online beschikbaar zijn. Meer over de verplichte informatie op etiketten staat in het Handboek Etikettering van levensmiddelen.
Allergenen op het etiket
In sommige ingrediënten zitten allergenen die voor allergische reacties kunnen zorgen. Bijvoorbeeld in schaaldieren, noten of melk. U moet de allergenen op het etiket zetten. Dit geldt voor 14 allergenen op de EU-lijst.
Als er in een product meer dan een bepaalde hoeveelheid van een allergeen zit, moet u daarvoor op het etiket waarschuwen. Dat mag alleen op 1 van de volgende manieren:
- 'Kan xxx bevatten' (bijvoorbeeld: 'Kan noten bevatten')
- 'Niet geschikt voor xxx' (bijvoorbeeld: 'Niet geschikt voor mensen met een soja-allergie')
U mag sinds 1 januari 2024 geen zinnen meer gebruiken zoals 'sporen van xxx' of 'gemaakt in een fabriek waar ook xxx aanwezig is'. Fabrikanten hebben tot 1 januari 2026 de tijd om hun etiketten hierop aan te passen. U leest ier meer over in het document 'Richtlijnen kruisbesmetting allergenen'.
Als u niet-voorverpakte levensmiddelen verkoopt (bijvoorbeeld op de markt of in de horeca) moet u de klant duidelijke informatie geven over allergenen in uw product.
EU-biologisch keurmerk op het etiket
U kunt uw bedrijf biologisch laten certificeren bij Skal Biocontrole. Skal ziet erop toe dat het produceren, bewerken of verhandelen door uw onderneming voldoet aan de biologische EU-verordening, de Nederlandse Landbouwkwaliteitswet en de regels van Skal Biocontrole. Dit doet Skal in opdracht van het Ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur. Wanneer een bedrijf een biologisch certificaat ontvangt, mag het EU-biologisch keurmerk op de producten staan.
EKO-keurmerk op het etiket
Bedrijven die aan de Europese regels voor biologische landbouw én aan de EKO-normen voldoen, kunnen het EKO-keurmerk op hun producten vermelden. EKO-normen zijn maatregelen voor extra duurzaamheid. Heeft u een EKO-certificaat of wilt u EKO-keurmerkhouder worden? Dan wordt u jaarlijks gecontroleerd.
Voedselkeuzelogo Nutri-Score
Met het Europese voedselkeuzelogo Nutri-Score op een verpakking, laat u zien of mensen een product kopen dat gezonder is dan andere, vergelijkbare producten. Het logo heeft een kleurenlabel van A tot E. De groene A staat voor gezond en rode E voor minder gezond. Bijvoorbeeld door gebruik van suikers, calorieën en zout. U bent niet verplicht het logo te gebruiken. Als u het logo wilt gebruiken dan moet u dit op al uw producten doen. Om het label te gebruiken moet u zich registreren bij Santé Publique France. U heeft dan 24 maanden om het logo op de producten te zetten en de productgegevens aan te leveren bij het Voedingscentrum.
Claim gebruiken op een voedingsmiddel
U mag alleen voedingsclaims of gezondheidsclaims op uw product zetten als u zich aan Europese regels houdt. Het is verboden om een medische claim op het etiket van levensmiddelen te zetten.
Onjuist etiket melden
Heeft u mogelijk producten met een onjuist etiket? Dan moet u de onjuiste etikettering melden bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit.